Foto en spreuk
Houden de bomen hun bladeren lang,
wees voor een strenge winter bang
Is de hemel al te blauw,
spoedig wordt hij dan weer grauw.
spoedig wordt hij dan weer grauw.
Is de herfst flink met nevel doortrokken,
dan komt een winter vol met vlokken
dan komt een winter vol met vlokken
Goudsberg, Lunteren
In de oogstmaand augustus veel dauw,
dan blijft de hemel schoon en blauw.
Kasteeltuin, Hemmen
Prijkt juli in hete gloed,
dan zijn in het najaar de vruchten goed.
dan zijn in het najaar de vruchten goed.
Blaast juni uit de noorderkant,
verwacht veel koren op het land
verwacht veel koren op het land
Op een droge april,
volgt wel eens een droge zomer!
volgt wel eens een droge zomer!
Lunteren, Buurtbosch
Komt februari met goed weer,
dan vriest ‘t in voorjaar des te meer.
dan vriest ‘t in voorjaar des te meer.
Heeft januari koude en droge dagen,
dan zal in februari de sneeuw u plagen.
Is oktober warm en fijn, het zal een scherpe winter zijn;
maar is hij nat en koel, ’t is van een zachte winter ’t voorgevoel.
maar is hij nat en koel, ’t is van een zachte winter ’t voorgevoel.
Mistsluiers in de vroege nacht,
geven zomerdagen in volle pracht.
Een droge maart is goud waard, als het in april maar regenen wil.
Geeft januari een sneeuwtapijt,
dan zijn we gauw de winter kwijt.
Het laatste weer van oktober,
reikt november de hand.
reikt november de hand.
Wapenveld (Gld.)
Is de zomeravond mistig,
dan is het weer met zijn gaven kwistig.
Oberstdorf (D)
In juni weinig regen,
voorspelt een grote zegen.
voorspelt een grote zegen.
Een droge maart en natte april,
dat is naar de boeren hun wil.
dat is naar de boeren hun wil.
Geeft januari een sneeuwtapijt,
dan zijn we gauw de winter kwijt
December veranderlijk en zacht,
geeft een winter zonder kracht.
Is oktober nat en koel,
wordt de winter zacht en zwoel
wordt de winter zacht en zwoel
Vallen de bladeren vroeg, dan wordt de herfst niet oud
Met een zonnige dag en een vochtige nacht, staat al wat bloeit in volle pracht.
Donderweer in juni maakt het koren dik.
Mag het dauwen in april en mei, wij zijn in oogst en september blij.
Een droge maartse wind, maakt de boeren goed gezind.
Is februari zacht, dan brengt de lente vorst bij nacht.
Geeft januari geen sneeuwtapijt, dan zijn we de winter nog zeker niet kwijt
Zo hoog in de winter de sneeuw, zo hoog in de zomer het gras
Blad aan de bomen met Sint Martijn, dan zal het een strenge winter zijn.